nl / en

Wie kan als artikel 17-werker aan de slag?

Een occasioneel sociocultureel werker kan gelijk wie zijn, in gelijk welk statuut: werknemers, werklozen, gepensioneerden, zelfstandigen, studenten, ambtenaren, leerkrachten, personen die niet professioneel actief zijn …

In de wet wordt er geen minimumleeftijd vermeld, maar je moet wel in staat zijn een arbeidsovereenkomst te sluiten. Ter referentie: jongeren mogen een vakantiejob uitoefenen vanaf 16 jaar of vanaf 15 jaar als ze de eerste 2 studiejaren van het secundair onderwijs hebben afgerond.

 

Welke organisaties kunnen een werknemer via artikel 17 tewerkstellen?

  • vzw’s, vennootschappen met een sociaal oogmerk (en openbare besturen), organisatoren van sportmanifestaties en socioculturele manifestaties.
  • organisaties in de sportsector, de amateurkunstensector en socioculturele vorming, die erkend zijn door de bevoegde overheden of aangesloten bij een erkende koepelorganisatie.

Een volledige lijst van alle soorten organisaties en toegestane activiteiten vind je op deze website van de overheid.

 

Welke taken zijn toegestaan?

Als je via artikel 17 tewerkgesteld wordt, mag je enkel specifiek afgebakende taken in specifieke sectoren uitvoeren!

  1. Animators, leiders, monitors, terreinverzorgers/materiaalmeesters, coördinators, trainers, lesgevers, coaches en procesbegeleiders bij organisaties die socioculturele vorming en/of sportinitiatie en/of sportactiviteiten organiseren.
  2. Artistieke of (kunst)technische begeleiders en lesgevers, coaches en procesbegeleiders, van wie de prestaties geen artistieke prestaties zijn die al worden gedekt of in aanmerking komen voor de forfaitaire onkostenvergoeding (KVR) bij amateurkunstenorganisaties.
  3. De inrichters van sportmanifestaties en de personen die zij uitsluitend op de dag van deze manifestaties tewerkstellen, uitgezonderd betaalde sportbeoefenaars.
  4. De organisatoren van socioculturele manifestaties en de personen die ze tewerkstellen voor maximaal 32 uren, te spreiden volgens de behoeften op de dag van het evenement en 3 dagen vóór of na het evenement, met uitsluiting van artistieke prestaties die al worden gedekt of in aanmerking komen voor de forfaitaire onkostenvergoeding (KVR).

Opdrachtgevers die een dansschool/-groep/-vereniging zijn, kunnen het artikel 17 dus bijvoorbeeld gebruiken om dansdocenten te vergoeden.

Een volledige lijst van alle toegestane activiteiten vind je op deze website van de overheid.

 

Maxima en limieten

Er gelden maxima voor het aantal uren en voor de verdiende bedragen!

Je moet beide respecteren en in het oog houden om aan de voorwaarden van artikel 17 te voldoen.

Het toegelaten aantal uren en de limieten per kwartaal verschillen naargelang de opdrachtgever actief is in de sportsector of in de socioculturele sector.

Maxima uren

Aantal uren per kalenderjaar

  • Sportsector: 450 uur
  • Socioculturele sector: 300 uur
  • Student: 190 uur

Limiet op het aantal uren per kwartaal

  • Sportsector: 150 uur
  • Socioculturele sector: 100 uur
  • Student: 150 uur (sport) of 100 uur (sociocultureel)

Maximumgrens voor het derde kwartaal:

  • Sportsector: 285 uur
  • Socioculturele sector: 190 uur
  • Student: 190 uur

Belangrijk om te weten:

  • Het is mogelijk om activiteiten in de sportsector en in de socioculturele sector te combineren. In dat geval is het plafond voor alle activiteiten samen beperkt tot 450 gewerkte uren/jaar.

  • Om tegemoet te komen aan de hogere werkdruk in sport- en socioculturele sector in de zomermaanden, is er in het 3de kwartaal (juli t.e.m. september) een hogere maximumgrens. Let op: dit verandert niets aan het maximum aantal uur op jaarbasis. Dus als je in het 3de kwartaal 285 uur werkt, heb je nog maar 165 uur over voor kwartalen 1, 2 en 4 samen.

  • De tewerkstelling volgens artikel 17 kan je voor maximaal 190 gewerkte uren cumuleren met studentenarbeid (dus 600 uur studentenarbeid + 190 uur artikel 17). Werk je meer dan 190 uren als artikel 17, dan worden die uren afgetrokken van het studentenquotum (600u).

Maximumverdienste in 2023

Naast het maximum aantal uren, is er ook een inkomensplafond of maximumverdienste. Het brutobedrag van de totale inkomsten mag niet meer bedragen dan 6.540 EUR per jaar (2023 – 6.390 per jaar in 2022).
Let op: In dat bedrag zijn alle eventuele verplaatsingskosten en andere onkosten en voordelen inbegrepen.
Er geldt geen maximum per maand meer zoals in het vroegere verenigingswerk, enkel een maximum per jaar.

Als één van de bovenstaande plafonds (max. aantal uren of jaarbedrag) overschreden wordt, zullen alle werkuren beschouwd worden als gewone arbeidsprestaties. Met andere woorden, op al dat loon zullen socialezekerheidsbijdragen en belastingen betaald moeten worden (en dus niet enkel op het aantal uren dat het maximum overschreden heeft!). Hou daarom zeker het aantal resterende uren goed in de gaten! Dat kan in de applicatie artikel17@work. Zowel de artikel 17-werker als de opdrachtgever kan het aantal uren raadplegen die de werknemer al heeft gepresteerd (en dus nog mag presteren in dat jaar).

Meer info over het overschrijden van het maximumbedrag vind je in de FAQ van Sociare.

Meer info over het overschrijden van het maximum aantal uren vind je via deze link naar de FAQ van Sociare.

 

Belastingen en sociale bijdragen

Op het loon uit artikel 17-werk moeten geen socialezekerheidsbijdragen betaald worden, maar wel 10% belastingen, die betaald worden via je personenbelasting (je belastingsbrief dus).

 

Combineren met andere vergoedingen en statuten?

Zoals bij de meeste andere statuten geldt: voor eenzelfde opdracht bij dezelfde opdrachtgever mag je geen verschillende statuten door elkaar gebruiken of afwisselen.

Cumul van statuten binnen 1 organisatie

Je mag niet voor een organisatie werken onder artikel 17 als je het jaar voordien voor die organisatie gewerkt hebt als (tijdelijke) uitzendkracht, zelfstandige of werknemer. Er is dan een wachttijd van 1 jaar.

De overheid heeft een tijdelijke overgangsregeling uitgewerkt waarbij de wachttijd van 1 jaar tijdelijk en uitzonderlijk niet geldt en dus meteen onder Artikel 17 mag gestart worden:

  • personen die tussen 31/12/2021 en 1/10/2022 als zelfstandig freelancer voor jou gewerkt hebben (idealiter met een aannemingsovereenkomst)
  • personen die tussen 31/12/2020 en 1/10/2022 als freelancer via een SBK hebben gewerkt ( Sociaal Bureau voor Kunstenaars)

Deze tijdelijke uitzondering geldt tot en met 30 september 2023.

Als je gewerkt hebt voor die organisatie als verenigingswerker (systeem 2021), met studentencontracten of ondertussen gepensioneerd bent, mag je wel onmiddellijk onder artikel 17 aan de slag bij dezelfde organisatie, zonder wachtperiode.

Als je bij dezelfde werkgever gelijktijdig aan de slag gaat als artikel 17-werknemer en als vrijwilliger, kan dat alleen als het gaat om een duidelijk andere functie/activiteit. Je kan bv. als sporttrainer onder artikel 17 werken en als vrijwilliger de bar doen. Let erop dat je contracten héél goed in orde zijn, met duidelijke vermelding van taken, data, uren en locatie zodat er geen verwarring kan ontstaan bij inspectie!

KVR (Kleine vergoedingsregeling voor kunstenaars) en artikel 17 zijn in die zin combineerbaar dat je KVR énkel voor artistieke prestaties mag gebruiken en artikel 17 énkel voor socio-culturele vorming, artistieke begeleiding en/of sporttraining die niet in aanmerking komt om via KVR vergoed te worden.

Bijvoorbeeld:
Een choreografie creëren of performen is een artistieke prestatie en mag via KVR vergoed worden, maar niet onder artikel 17.
Een choreografie aanleren of studenten begeleiden en coachen om een show te geven moet onder artikel 17 vergoed worden en mag niet met een KVR.
In de praktijk is het onderscheid niet altijd even duidelijk, bijvoorbeeld als je samen met dansers een choreografie maakt. Denk dan even wat het opzet en de context is. Zijn jullie evenwaardig als dansers en maken jullie het volledig samen? Dan is het een artistieke prestatie en kan je vergoeden via KVR. Begeleid je studenten om hun eigen creativiteit te ontdekken en zo een choreografie te maken, betalen ze voor die lestijd/begeleiding: dan is het een educatieve activiteit en gebruik je artikel 17.

Cumul met uitkeringen

In principe kan je uitkeringen niet zomaar combineren met werken. Voor artikel 17 kan dat wél onder bepaalde voorwaarden.

Cumul met werkloosheidsuitkering

Als je artikel 17-contract al liep voordat je werkloosheid begon, mag je dit verderzetten, maar moet je dat wel schriftelijk melden bij de RVA.

Als je artikel 17-werk wil starten tijdens je werkloosheid, zal je dat op voorhand moeten melden bij de uitbetalingsinstelling (de vakbond of De Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen) dmv het formulier C44. Alle informatie vind je terug op het infoblad T41 van de RVA.

Cumul met arbeidsongeschiktheidsuitkering (ziekte-uitkering):

Iemand die arbeidsongeschikt wordt, kan het artikel 17 werk verder uitvoeren als het gestart was voor de arbeidsongeschiktheid begon, maar moet je dat wel schriftelijk melden bij de adviserend geneesheer.

De adviserend geneesheer van het ziekenfonds moet voorafgaand toestemming geven om artikel 17-werk te mogen starten tijdens de arbeidsongeschiktheid.

Administratie en regels

Als artikel 17-werker ben je een werknemer van de organisatie! En daar komt wel wat specifieke administratie bij kijken.

‘In de kijker’ is een platform voor dansers, dansdocenten en makers om net dat ietsje meer te vertellen over hun werk. Ontdek de diversiteit van het danslandschap

en laat je inspireren!

Werk je aan een eigen voorstelling en heb je nood aan artistiek en inhoudelijk advies? Wij sturen een professionele coach om jou constructief bij te staan!

vraag feedback